KETIKOTI 2025
WAT VIEREN EN GEDENKEN WIJ
Op 1 juli herdenken 1863 werden in Suriname en Caribisch Nederlandde fysieke van de Trans-Atlantische slavernij die ruim 400 jaar verbroken.
De cruciale vraag die wij ons kunnen stellen is: Watherdenken wij eigenlijk op 1 juli?Herdenken wij een geschiedenis van ruim 400 jaar dwangarbeid van onzemedemens of gaat dat veel verder.
Het herdenken zou mijns inziens niet mogen stoppen bij hetherdenken van het verleden, een gezamenlijke geschiedenis, maar zou zich ookmoeten richten op de gevolgen, de schade die dat verleden heeft aangericht entot in het heden aanricht.
De laatste jaren is de roep naar onderzoek over dezegeschiedenis toegenomen en cultuurhistorici verschaffen ons steeds meer inzichtover de omvang en impact van het Nederlandse koloniale verleden hoe deslavernij zich ontwikkelde tot een systeem van structurele uitbuiting? De voorlopige resultaten stemmen ons totnadenken.
Maar hoe doe jeonderzoek naar een verleden dat deels, bewust en/of onbewust is uitgewist ofslecht gedocumenteerd?
De voorstaanders beargumenteren desondanks dat je ditverleden moet kennen om eenduidig het heden te kunnen begrijpen. Je kan en magniet voorbijgaan aan de mentale en structurele gevolgen van dit verleden. Voorhet kunnen begrijpen en uitbannen hiervan is het van groot belang te weten hoedit verleden doorwerkt in de huidige instituten en hoe dit verleden onshandelen van nu beïnvloed.
De toeslagenaffaire, het etnisch profileren bij de politieen institutioneel racisme kun je niet los zien van ons slavernijverleden.
Een historische reflectie mag echter nimmer leiden totzwart-wit denken.
Tegenstaanders zien de bui hangen en waarschuwen voor demogelijke gevolgen en valkuilen voor de samenleving. Wordt met dit onderzoekniet de deur opengezet naar een “eindeloze zelfkastijding”. De roep naar financiële compensatie, eennationale feestdag op 1 juli wordt steeds luider.